Dr. Michiel Verweij (* Oirschot, 1964) is classicus, mediëvist en neolatinist.
Hij werkt als wetenschappelijk medewerker en adjunct-conservator op de afdeling Oude en kostbare drukken van de Koninklijke Bibliotheek van België in Brussel en is tevens medewerker van de OE Latijnse literatuur aan de KU Leuven. In 2021-22 is hij ook guest professor aan die instelling. Hij houdt zich met name bezig met de handschriften en oude edities van de klassieke Latijnse auteurs die in de Brusselse Koninklijke Bibliotheek worden bewaard. Tot zijn publicaties horen o.m. een biografie van de enige paus uit de Nederlanden, Adrianus VI (Adrianus VI (1459-1523). De tragische paus uit de Nederlanden; Antwerpen – Apeldoorn, 2011) en een boek over de Romeinse dichter Ovidius (Ovidius. Het verhaal van een dichter; Amsterdam, 2018). Hij schrijft zelf soms Latijnse gedichten onder zijn Latijnse naam Michael Pratensis en heeft onder die naam de Latijnse Vicipaedia gehaald.
Voetnoten:
1. (Haren, 1981², pp. 32-45, met oudere vertaling van de oorkonde van 1465)
2. Een oorkonde is een schriftelijke weergave van afspraken, van oorsprong uit de middeleeuwen.
3. De huidige Groninger Ommelanden zijn van oorsprong Friese gebieden die op een gegeven moment onder de stad Groningen zijn gaan vallen.
Twee oorkonden en een kwestie, themanummer ’t Heer en Feer 2015
Appendix 1: Betweterigheden over de lezing van de documenten
Omdat ik een onverbeterlijke betweter ben, meen ik dat ik ook mijn zegje mag doen in de lezing van de documenten, met name de akte van 1440. Er is nl. op enkele punten een verschil van mening over de juiste lectuur. Zo lezen sommigen in r. 4 ‘veeden’, anderen ‘vreeden’: de tweede letter is evenwel in mijn ogen toch echt een e, zodat de juiste lezing is: veede(n). Een soortgelijk probleem vormt de alternatieve benaming van het eiland die soms ‘Werneroog’ en soms ‘Werveroog’ gelezen wordt. Ook hier zie ik mij als (zij het Belgisch) staatsambtenaar verplicht om de knoop met een ambtelijke beslissing door te hakken: aangezien de diagonale dwarsstreep in de gewraakte letter onderaan is aangebracht, is de juiste lezing ongetwijfeld Werueroog, waarbij de u in dit geval voor de medeklinker v staat. In de ‘vertaling’ van Van der Helm dient tot slot de naam Dominico veranderd te worden in Dominicus. We zien dat Latijnse namen in volkstalige documenten vaak de Latijnse naamvallen behouden. Bij een vertaling of hertaling of samenvatting of andere weergave dient zo’n naam dan wel in de nominatief te worden gezet, in dit geval dus Dominicus.
De mysterieuze woorden de Rehaigue aan het slot van de oorkonde van 1465, die Van der Helm in zijn bijdrage uit 2015 van een vraagteken voorzag, zijn niets anders dan de naam van de secretaris die de tekst had opgesteld en mogelijk ook de netversie had gekopieerd: dat was de normale gang van zaken. De Rehaigue wijst als Franse naam op een ambtenaar van Bourgondische afkomst, zoals op dat moment aan het hof van Filips en zijn verwanten heel gebruikelijk was.
Appendix 2: Materiële beschrijving van Brussel, Koninklijke Bibliotheek van België, ms. 8425-27
Ms. 8425-27: 23,6 x 16,8 cm; 125 f.; perkament; 1 kolom, 25 regels; vroeg-gotische textualis (ca. 2 mm), waarschijnlijk 1 hand voor de twee hoofdteksten; op f. 1v en 77r grote sierinitialen in rood en groen met elementair penwerk in rood en groen, overige initialen in rood en groen met soms wat elementair penwerk in de andere kleur; titels in rubriek; in de tweede tekst geregeld aantekeningen (14de eeuw?) in de marge; laat-15de-eeuwse band .
Inhoud: f. 1r: blanco met latere eigendomsmerken en titel; f. 1v-76v: Augustinus, Sermones super epistulas Iohannis Euangelistae; f. 77r-122r: Richard van Saint-Victor, Liber de XII patriarchis; f. 122r-125r: toegevoegde teksten: f. 122r-123r: inc. ‘Fluuius egrediebat(ur) de loco uoluptatis’ (initiaal in groen en rood); f. 123v-124r: inc.: ‘Diuina sc(ri)pt(ur)a q(uo)t modis distinguit(ur)? iiiior’ (rode initiaal; eerste woorden van de zin rood aangestreept); f. 124r-125r: inc.: ‘Ip(su)m colobiu(m) q(uo)d in hac sua (con)s(er)uat(ur) ecc(lesi)a’.
Cf. J. Van den Gheyn, Catalogue des manuscrits de la Bibliothèque royale de Belgique, II (Bruxelles, 1902), pp. 113-114, nr. 1061; M. Coens, ‘Les manuscrits de Corneille Duyn donnés jadis à Heribert Rosweyde et conservés actuellement à Bruxelles’, Analecta Bollandiana, 77 (1959), 108-134, nr. 6; J.M.M. Hermans, Middeleeuwse handschriften uit Groninger kloosters (Groningen, 1988), p. 58, nr. 2.
Zie over de Brusselse handschriften in het Bollandistenfonds in het algemeen: N. Roland – M. Verweij, ‘Entre trésors et archives, la collection des Bollandistes à la Bibliothèque royale de Belgique’, In Monte Artium. Journal of the Royal Library of Belgium, 11 (2018), 65-92 (toegankelijk in open access).
Voetnoten:
45 In één krantenbericht wordt gerept over een eilander die van Kerstholt gehoord heeft dat hij dreigbrieven heeft ontvangen.
46 Vermoedelijk heeft Kerstholt na z’n mislukte poging om de centrale op te richten, toch aandelen kunnen kopen.
47 o.a. De Dragtser Courant van 16 april 1935
48 Foto
49 Geboren op 30 juni 1915. In de krantenartikelen wordt hij schildersknecht of bakkersknecht genoemd. Hij blijft vrijgezel en sterft in 1966. Zie genealogieonline.nl/het-eiland-schiermonnikoog/I4660.php
50 Schiermonnikoog, Nederland, 1935. Serie van 6 foto’s.
51 De Haagsche Courant van 3 juni 1935
52 Op knmi.turmin.com/1935-04-06 is te lezen dat het een koude dag was. Een maximumtemperatuur van 7 graden en ‘s nachts is het slechts iets boven het vriespunt.
53 Klaas van der Geest verklaart later in de rechtbank dat hij op maandag 8 april bij de Wigwam is geweest, en dat er verscheidene emmers op het terrein lagen die er op de zaterdag ervoor zich nog niet daar bevonden.
54 Hendrik Willem van den Berg is geboren op 3 augustus 1879 in Den Haag, en wordt op 16 juli 1906 burgemeester van Schiermonnikoog. Op 16 juli 1942 wordt hij samen met zijn echtgenote en vijf mede-eilanders gedood door één van de zeventien bommen van Amerikaanse bommenwerpers die zich ontdeden van hun lading nadat ze boven de Waddenzee zijn aangevallen door Duitse jagers.
Binnendiken en Slieperdiken yn Fryslân van de auteurs: ir. K.A. Rienks en ir. G.I. Walther, Uitgeverij A.J. Osinga
Das Inselgebiet von Ameland bis Rottumeroog. Morphologische und hydrographische Beitrage zur Entwicklungsgeschichte der friesischen Inseln. auteur G. Isbary, Uitgeverij Diss, Frankfurt/Main.
Marie-Anne de Harder promoveerde in 2011 in Groningen op het proefschrift Albertinus van der Heide (1872-1953). Rode dominee tussen pastoraat en parlement. Ze is werkzaam als zelfstandig historicus met een bijzondere belangstelling voor de Friese kerkgeschiedenis. Ze is redactielid van Aide Fryske Tsjerken.
Met dank aan Jan Holwerda.
Noten
1 A. van der Stoep, In het voetspoor van monniken. Het kerkelijk reilen
en zeilen op Schiermonnikoog door de eeuwen heen. (Schiermonnikoog
2011) 24
2 H.D. Teensma, Historie van Schiermonnikoog Feiten & Fictie.
(Schiermonnikoog 2018) 43
3 idem, 87
4 L. Mellema, Het eiland Schiermonnikoog (in het verlopend tij der
Historie). (Drachten 1964) w6
5 L. Mellema, Schiermonnikoog lytje pole. (Haren 1973) m
6 Archief van de Nederlandse Hervormde Gemeente Schiermonnikoog. Inv. nr. 58
7 Geciteerd in: In het voetspoor van de monniken, 67
Nykle Dijkstra werkt bij het Historisch Centrum Leeuwarden Leeuwarden en is redacteur van tijdschrift De Sneuper van de Historische Vereniging Noord-Oost Friesland. Hij heeft o.a. meegewerkt aan het boek ‘Ver van het front? Friesland en de Friezen in de Eerste Wereldoorlog.
Voetnoten
1. Journaal van luitenant-ter-zee Arie de Gelder op de galei Noodweer, NL-HaNA, Marine suppl. 2, 2.01.29.03, inv.nr 71.
2. NL-HaNA, Departement van Marine, 2.01.29.01, inv.nr. 243; John Marshall, Royal Naval Biography (New York: Cambridge University Press, 2010), 234-235.
3. NL-HaNA, Departement van Marine, 2.01.29.01, inv.nr. 243.
4. Ibid.
5. Russell en Allen, An Impartial History of the War, from the Commencement of the Revolution in France (Manchester: Russell & Allen, 1811), 536-537; John Marshall, Royal Naval Biography, 235-236.
6. Tresoar Leeuwarden, Gewestelijke besturen in Friesland de Franse tijd, toegang 8, inv.nr. 689: ingekomen stukken, 16 augustus-15 september 1799.
7. NL-HaNA, Marine suppl. 2, 2.01.29.03, inv.nr 71.
8. Tresoar, toegang 8, inv.nr. 689.
9. Anthony Winkler Prins, Geschiedenis en beschrijving van het eiland Schiermonnikoog, volume 1 (Amsterdam: Loman & Verster, 1867), 53-55.
10.Tresoar, toegang 8, inv.nr. 689.
11.Winkler Prins, Geschiedenis en beschrijving van het eiland Schiermonnikoog, 53-55.
12.Ommelander Courant, 23 augustus 1799.
13.Russell en Allen, An Impartial History of the War, from the Commencement of the Revolution in France (Manchester: Russell & Allen, 1811), 536-537; John Marshall, Royal Naval Biography, 235-236.
14.Tresoar, toegang 8, inv.nr. 689; NL-HaNA, Marine suppl. 2, 2.01.29.03, inv.nr 71.
15.W.J. Maas, M.C. Rappard, P.B. Schuringa et al., Memori Boeck. De wereld van Cornelis Pieter Sorgdrager 1779–1826 (Hollum: Maas, Rappard, Schuringa et al., 1983), 99; The National Archives, Kew, ADM 51/1283, Journaal van HMS Espiegle.
16.Binnenlandsche Bataafse Courant, 22 augustus 1799. De schepen van C. J. Staghouwer, W. Jacobus, R. Remts, G. Komter, E. Remkes, J. Janker, J. Coerts en R. H. Kievit worden meegenomen, het schip van J. Dirks wordt verbrand en de Schepen van E. Dirks en G. Claassen weten te ontkomen.
17.Maas et al., Memori Boeck, 99.